Romans
Boeken. Ik lees stapels boeken. Romans het liefst. Mijn voorkeur ligt toch bij Nederlandse schrijvers, want ja, je bent Neerlandicus of niet. Mijn favoriete Nederlandse boeken? Een Top 17.
1.W.F. Hermans, Nooit meer Slapen. Ben op WF afgestudeerd. Al zijn boeken zijn zo tijdloos, zo goed. Met Nooit Meer Slapen als hoogtepunt.
2. Gerard Reve. Nader tot U. Hier had ook een andere titel van de Volksschrijver kunnen staan. Toelichting overbodig.
3.Oek de Jong. Cirkels in het Gras. Betoverend vond ik het. Het boek woekerde nog meer mijn liefde voor Italië aan. Ik ga het echt nog eens herlezen. Met Hokwerda’s Kind schreef De Jong ook een fraaie roman.
4.J.J. Voskuil. Bij nader Inzien. Vuistdik. Kiloknaller. Dialoogjes om van te genieten. Je proeft die aloude studentensfeer. Daarna zag ik de gelijknamige televisieserie. Zou iedereen moeten zien.
5.Bert Natter. Begeerte heeft ons aangeraakt. Ik had hier ook twee andere titels van Bert kunnen noemen. Misschien is hij wel de beste schrijver van ons land du moment. Ik kan sommige zinnen blijven herlezen. Fraaie dubbele laagjes af en toe ook.
6.Dirk Ayelt Kooijman. Montyn. Een leven als een roman. Ongelooflijk verhaal. Jongensboek voor volwassenen. Mocht hem ooit eens interviewen. Onuitwisbare indruk.
7.Peter Buwalda. Bonita Avenue. Schitterend, gewoon schitterend. Rijk aan verrukkelijk proza. Net zoals Otmars Zonen.
8.Geerten Meijsing. Veranderlijk en wisselvallig. O ja, zo mooi. Zwierig als de Toscaanse landschappen die hij beschrijft. Dan weer recht-toe-recht-aan. Geerten is ook goed met erotiek. Hij woont in Syracuse op Sicilië. Had gehoopt dat ik hem daar zou tegenkomen. Om te praten over hoe hij dat nou doet, die fraaie zinnetjes schrijven.
9.Peter Waterdrinker. Poubelle. Raak en rauw, meeslepend. Groots.
10.Jan Brokken. De Blinde Passagier. Wat een schrijver. Journalistiek vermengd met literatuur. Blijft zijn sterkste roman.
11.Bernlef. Publiek Geheim. Ik weet echt niet meer waar dit boek precies over gaat, maar het staat al jaren in mijn kast onder mijn favorieten. Hoogste tijd voor een herlezing. Schrift in het wit.
12.Leon de Winter. Kaplan. Na allerlei lastige boekjes liet De Winter plots zijn ietwat gewild-moeilijke toon varen, en begon hij gewoon te schrijven. Dat bleek hij heel goed te kunnen. Het einde was wel een beetje een sof.
13. Miquel Bulnes. Het bloed in onze aderen. Groots, lyrisch, episch. Ongewoon Nederlands, heet dat dan.
14. Tommy Wieringa. Joe’s Speedboot. Ik zie hem nog zitten, met Arjen Witte. We hadden afgesproken op Utrecht CS. Hij had net twee boeken geschreven (Amok, Dormantique’s manco) die hij nu liever vergeet, maar waarop hij toen heel trots was. Het verhaal over de speedboot van Joe blijft zijn beste. Is het minst pretentieus ook.
15. Auke Hulst. De Mitsukosh Troostbaby Company. Sf met Groninger humor. Merkwaardig, grappig, goed.
16. Tom Lanoye. Gelukkige slaven. Ik hield niet zo van dat oeverloze Vlaamse gekonkel van Lanoye. Totdat ik dit boek in handen kreeg, en ja, ik was om.
17. Frank Nellen. De Onzichtbaren. Er verschijnt de laatste jaren weinig echt goeds binnen de Nederlandse letteren. Maar dit boekje doet het knetteren. Wat een beeldend vermogen heeft de schrijver die al zijn kennis over Oekraïne opdeed uit (plaatjes)boeken.
18.Henk Rijs. De kostwinner. Onweerstaanbaar grappig. Leuke man ook.
19.Jan Wolkers. Turks Fruit. Gewoon, omdat het moet. Wereldklassieker.
20.Sacha Bronwasser. Luister. Het boek werd een rage. Toen had ik het gelukkig al gelezen, anders had ik dat zeker niet gedaan. Die rage is overigens terecht.
Opdrachtgevers
Laten we kennis maken..